BELGIË ZOU SNEL VERDWIJNEN. Dat dachten zelfs de stichters van het land in 1830, vooral dan de diplomaten in Londen. Sindsdien is het einde van België ontelbare keren aangekondigd. Maar zelfs de Duitsers kregen de staat tot tweemaal toe niet klein. Vandaag de dag zit er voor het eerst in de geschiedenis een Vlaams-nationalist in de bestuurskamer van België. En binnenkort viert dat wankele land zijn tweehonderdste verjaardag.
Die paradox grijpt Rolf Falter aan om een ambitieuze nieuwe geschiedenis van België te schrijven. Centraal staat de splijtzwam tussen Vlamingen en Franstaligen. In zeventig wervelende hoofdstukken vertelt hij hoe België toevallig ontstond, desondanks een succes werd, verscheurd raakte door taalstrijd en verlamde in federalisme. De rode draad? Onvoorspelbaarheid. Geen enkele hoofdrolspeler heeft echt greep gehad op de geschiedenis. Maar toch: hadden ze het niet allemaal anders moeten aanpakken?
Dit is het verhaal van België en zijn Vlamingen, Franstaligen, Walen, Brusselaars en Duitstaligen, zoals het nog nooit is verteld. Een synthese van communautaire slagwisselingen en een gedurfde poging om ze te doorgronden. Van Hendrik Conscience en Jules Destrée tot Bart De Wever en Georges-Louis Bouchez. Dit boek is er voor iedereen die België - dat verdeelde maar vooralsnog onbuigzame land - beter wil begrijpen.